Plaatsen > Trenčín

Trenčín is één van de 78 Slowaakse Gemeenten.

Tussen de bosrijke Stražovská hoogten en de rivier de Váh ligt het levendige stadje Trenčín. Het beeld van de stad wordt bepaald door een machtige burcht, die ooit de handelsroute door het dal van de Váh aan de oude Hongaars-Moravische grens bewaakte. Bekend is de stad vooral door de dichtbij gelegen badplaats met warmwaterbaden Trenčianske Teplice.

In de loop van de Marcomannenoorlogen kwamen in het jaar 179 Romeinse soldaten in het huidige Trenčín aan, waar ze na een zege op een Germaanse stam het legerkamp Laugaricio bouwden en overwinterden. Het waren 855 soldaten van het Tweede Hulplegioen dat onder bevel van Marcus Valerius Maximmianus stond. Eigenlijk vielen de soldaten onder het gezag van het kamp Aquicum (Boedapest), wat uit een Romeinse inscriptie op de burchtrots van Trenčín blijkt. Dit is de oudste inscriptie op Slowaakse grondgebied.

Sinds de 6e eeuw vestigden zich de Slaven langs de Váh. Op de hoge rots bouwden ze een burcht die in de 11e eeuw als koninklijke uitkijkpost fungeerde. Aan de voet van de rots ontstond in de vroege 12e eeuw een kleine nederzetting, die al gauw groter werd en in 1412 stadsrechten kreeg. In 1302 kwam Trenčín onder de heerschappij van de Hongaarse magnaat Matúš Čák te staan, die op de burchtrots een fraai, maar goed verdedigbaar kasteel liet bouwn. In 1321 kwam de burcht in bezit van de koning. In 1335 onderhandelden Jan van Luxemburg en zijn zoon Karel hier met de koningen Casimir III de Grote van Polen en Karel I Robert van Hongarije. In 1362 ontmoetten Karel IV en Lodewijk I van Hongarije elkaar hier.

De burcht was vanaf 1387 door de koning Sigismund dusdanig versterkt, dat de aanvallen van de hussieten uit het nabije Moravië vruchteloos bleven. Al in 1421 was Trencin een zogenaamde vrije koninklijke stad. In 1528 werd de stad verwoest door de Habsburgers in hun strijd tegen de aanvankelijk succesvolle Hongaren, die later toch het hoofd voor de Habsburgers moesten laten buigen. In 1594 kwamen de heerlijkheid Trenčín en het nabij gelegen kuuroord Aqua Teplica (nu Trenčianske Teplice) in het bezit van de graven Illésházy, die het gehavende kasteel volgens de nieuwste krijgskundige inzichten lieten renoveren en verfraaien. In 1835 kocht de Griekse zakenman Sina de heerlijkheid Trenčín. Zijn kleindochter Ipigénie d’Harcourt schonk het kasteel aan de stad, omdat het onderhoud van het grote complex te duur was. Na de Tweede Wereldoorlog begon de grote bloeitijd van de districtshoofdstad Trenčín. De machine- en de textielfabrieken floreerden. Trenčín werd de “stad van de mode”. Trenčianske Teplice is tegenwoordig een van de grootste kuuroorden van Slowakije.